Mitarashi dango, een onweerstaanbaar Japans zoethapje
Zodra de eerste zonnestralen zich laten zien, grijpen Japanners naar deze snack, en dat is niet voor niets: de rijstballetjes in een zoete sojaglazuur verrassen met hun zachte textuur en rijke smaak. Een heerlijke manier om de lente te vieren, te beginnen op je bord !
Mitarashi dango, wat is het ?
Wie ze ooit heeft gezien of, beter nog, geproefd, weet het al: mitarashi dango (みたらし団子) zijn, mits goed bereid, meer dan de moeite waard, zeker nu de eerste warme dagen aanbreken. Ze staan moeiteloos naast de dorayaki, de mango sticky rice en hotteoks in de lijst van ‘s werelds populairste Aziatische desserts
Als dumpling valt mitarashi dango in de categorie hapklare lekkernijen die je zo uit het vuistje eet. In de traditionele Japanse keuken zijn het kleine zoete rijstballetjes, geregen op een bamboestokje en omhuld met een zoet sojaglazuur. Meestal zitten er drie tot vijf balletjes op een spies; vijf komt het vaakst voor.
De combinatie met sojasaus klinkt misschien vreemd, maar geloof me: het werkt perfect. Elke hap is zacht en smelt op de tong zonder overdreven zoet te worden. Bovendien kun je dango vrij eenvoudig thuis maken.
Waar komen mitarashi dango vandaan ?
Dango zijn al eeuwenlang geliefd in Japan. Volgens bronnen wordt het woord voor het eerst genoemd in een gedicht uit de Heian-periode (794-1185). In de Jomon-periode maakte men de lekkernij van fijn gemalen noten die met hete rijst werden gemengd. Eeuwen later werden de balletjes op spiesjes geregen en dienden ze vaak bij feestelijke gelegenheden.a0
De naam “mitarashi dango” is naar verluidt verbonden met het Mitarashi Matsuri, een festival bij het Shimogamo-heiligdom in Kyoto.
Kleine kanttekening: “mitarashi” verwijst naar het waterbekken bij de ingang van sommige tempels, bedoeld voor rituele reiniging. Gelovigen maakten destijds dango als offer voor de tempelgoden.
Vroeger bestond dango blijkbaar enkel uit rijstmeel en water. Men maakte zo’n tien bamboespiesjes, elk met vijf dango, gerangschikt in een waaiervorm.a0
Waarom precies vijf dango? Daarover lopen de meningen uiteen. Volgens sommigen verwijst het naar een bezoek van keizer Go-Daigo tijdens de Kamakura-periode, toen vier luchtbellen opdoken in het water van de Mitarashi-vijver. Anderen menen dat de vijf balletjes, destijds verkocht als lokale specialiteit, het menselijk lichaam uitbeelden.
Het eerste, iets grotere balletje zou het hoofd symboliseren; de overige vier stellen armen en benen voor. Zeker is dat rondreizende verkopers in Kyoto de snack later op straat gingen verkopen, wat het succes van dango alleen maar vergrootte.
Dango horen dan ook vaak bij culturele evenementen in Japan. Tegenwoordig bestaan er talloze varianten: sommige zijn besuikerd of met sojasaus geglazuurd, andere krijgen smaken als groene thee of sakura.a0
Belangrijkste ingrediënten voor mitarashi dango
Joshinko: Meel van Japanse rondkorrelrijst dat vaak in de patisserie wordt gebruikt.
Shiratamako: Dit is eveneens meel van kleefrijst, bijvoorbeeld voor het maken van mochi. Let op: de twee meelsoorten zijn niet uitwisselbaar en geven een ander resultaat.
Lichte sojasaus: Minder stroperig en minder zout dan de donkere variant; ideaal om mitarashi dango mee te glazuren dankzij de mildere, zoetere smaak.
Mirin: Net als lichte sojasaus is mirin zoet en rijk aan umami.
Tips voor geslaagde mitarashi dango
Zoals je ziet gebruiken we in dit recept specifieke meelsoorten. Voeg het water daarom beetje bij beetje toe totdat je een stevig, niet brokkelig deeg kunt kneden.
Je hebt mogelijk niet eens al het water nodig. Is het deeg te zacht, dan verliezen de balletjes tijdens het koken hun vorm.a0
Serveer de dango direct nadat ze klaar zijn; ze zijn op hun best als de balletjes nog zacht zijn en het sojaglazuur warm is.
Laat je ze te lang staan, dan worden ze hard en dat eet minder prettig.a0
Authentieke Japanse Mitarashi Dango
Ingrediënten
Voor de rijstballetjes
- 100 g joshinko Japanse rijstbloem
- 100 g shiratamako kleefrijstbloem
- 150 ml kokend water
Voor het zoet-hartige sojaglazuur
- 4 eetlepels suiker
- 2 eetlepels mirin
- 2 eetlepels lichte sojasaus
- 150 ml water
- 2 eetlepels aardappelzetmeel
Instructies
- Week de bamboespiezen in water.
- Meng de joshinko en shiratamako in een ruime kom.
- Voeg het kokende water geleidelijk toe.
- Zodra het mengsel begint te klonteren, stop je met water toevoegen en kneed je tot een glad deeg.
- Vorm het deeg tot een bal en verdeel het in gelijke porties, zo groot als je balletjes wilt.
- Rol elke portie tot een strak, glad bolletje.
- Zet een kom met ijswater klaar.
- Kook de balletjes in een grote pan met ruim kokend water. Laat ze voorzichtig in het water glijden en roer af en toe met eetstokjes zodat ze mooi rond blijven.
- Wanneer de balletjes boven komen drijven, laat je ze nog 2 minuten zachtjes koken. Schep ze dan in het ijswater.
- Laat de afgekoelde balletjes uitlekken en leg ze op een licht vochtige schaal zodat ze niet plakken.
- Rijg steeds drie balletjes aan een spies.
Voor het glazuur
- Doe suiker, mirin, sojasaus, water en zetmeel in een koude pan.
- Roer tot het zetmeel volledig is opgelost.
- Breng al roerend aan de kook tot de saus indikt en haal dan van het vuur.
Serveren
- Lepel het glazuur over de spiesjes en serveer direct.
Notities
Nutrition
Culinaire bronnen
Het recept is integraal overgenomen van de Engelstalige blog “Just One Cookbook”. Aanpassen was nauwelijks nodig; het lukte meteen. Ik heb het glazuur geprobeerd in te dikken met kuzu (supersuper traditioneel, aangezien aardappel niet uit Japan komt), maar het verschil met aardappelzetmeel was minimaal. Heb je het in huis, gebruik het, maar koop het niet speciaal voor dit recept.